Regenwoud mensen

Regenwouden zijn het thuis van stammen die afhankelijk zijn van de omgeving waarin ze leven voor hun voedsel, beschutting en medicijnen. Tegenwoordig leven er zeer weinig mensen op de traditionele manier, de meeste zijn verhuisd door vreemde kolonisten of door de regering gedwongen worden hun levenswijze op te geven. Van de overgebleven bos mensen ondersteund het Amazonegebied de grootste bevolkingen, hoewel ook deze mensen beïnvloed zijn door de moderne wereld.

Terwijl ze het bos nog steeds gebruiken om traditioneel te jagen en bij elkaar te komen, planten de meeste Amerindians, zoals deze mensen genoemd worden, gewassen aan (zoals banaan, maniok en rijst) en gebruiken ze westerse goederen (zoals metaal, potten, pannen en andere gebruiksvoorwerpen) en maken ze regelmatige reizen naar dorpen en steden om voedsel en goederen naar de markt te brengen.

Deze bosmensen kunnen ons veel over het bos leren. Hun kennis over medicinale planten, die gebruikt worden om ziekten te bestrijden is onvergelijkbaar en zij hebben een grote kennis van de ecologie in het Amazoneregenwoud.

In Afrika worden de oorsprongkelijke bos bewoners soms pygmeen genoemd. De grootste van deze mensen, ook Mbuti genoemd, zijn zelden groter dan 1,50m. Hun kleine maat maakt het mogelijk zich op de bosgrond meer efficiënt voort te bewegen dan grotere mensen.